dinsdag 29 mei 2012

Het is weer schoolreisjetijd!

Wil je eens wat anders en origineels doen met je school/klas?
Een meet-en-greet met het jeugdjournaal, een workshop soap (bedenk en film je eigen cliffhanger) of nieuws (zet je eigen journaal in elkaar) of een animatiefilmpje maken. Of een eigen muziekstuk componeren en hier een clip voor filmen? Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid laat kinderen kennismaken met televisie en alles wat erbij hoort. De workshops zijn voor scholen heel betaalbaar (een dagje naar het zwembad kost niet veel minder) en het levert ontzettend veel op.

Kijk op www.beeldengeluid.nl voor alle workshops en de prijzen.

Door: Suzan Nuijen

Het verhaaltje van de 21e eeuw


Digital storytelling is heel simpel en misschien zelfs wel een beetje ouderwets, maar toch populair. Het is een simpele manier, zeker ook voor basisschoolleerlingen om met beeld en geluid een verhaal te vertellen. Ook voor kinderen uit het speciaal onderwijs is het een reële mogelijkheid. Het is niet te ingewikkeld en wel multimediaal.

De basis van een digitale vertelling is een verhaal of iets dat je wilt vertellen. De boodschap wint aan kracht door er beelden en geluiden aan te verbinden. Als de digitale vertelling klaar is, kan deze laten zien worden en vervolgens over nagepraat worden.

De kern van digital storytelling is met het gebruik van foto’s muziek en eventueel wat tekst een boodschap over te brengen. Als je een filmpje maken met de klas nog wat te ingewikkeld vindt, is dit een goede manier om de kinderen kennis te laten maken met het maken van een eigen mediaproductie. 

Een voorbeeld van een digitaal verhaal vind je hier: 
http://www.digitalstorytelling.hu.nl/DST/ronsworld.html

Door: Suzan Nuijen

Meidenvenijn is niet fijn!


Online pesten is de nieuwe trend. Veilig van achter je computer kan je meer zeggen dan wanneer je face-to-face tegenover iemand staat. Het is een laffe manier van pesten (welke manier van pesten is eigenlijk niet laf?), maar helaas is het een steeds bekender wordend fenomeen. De bangalijst is de meest bekende, nieuwe vorm van online pesten.

De bangalijsten kwamen afgelopen donderdag in het nieuws toen een dertienjarig meisje uit Pijnacker zelfmoord pleegde nadat haar naam op zo’n vermeende bangalijst terecht was gekomen.  Alle grote media in Nederland besteedden er die dag aandacht aan. Banga is een ander woord voor ‘hoer’ of ‘slet’. Op deze lijsten staan dan ook meisjes over wie het verhaal gaat dat ze nogal makkelijk seks hebben met jongens. Vooral meisjes melden andere meisjes aan. In de meeste gevallen hebben de meisjes in kwestie geen aanleiding gegeven tot vermelding op de lijst, maar komen ze wel heel lastig van het stigma ‘slet’ af.
Mensen uit de omgeving  van het meisje uit Pijnacker hebben deze berichtgeving inmiddels geneutraliseerd door te melden dat er geen sprake was van een bangalijst in haar geval en dat er andere aanwijsbare redenen voor haar zelfmoord waren. Het feit dat dit geval van zelfmoord niet is veroorzaakt door de bangalijst wil uiteraard niet zeggen dat het fenomeen niet vals en vervelend is voor de huidige tienermeiden.

Meisjes staan bekend om het pesten onder de gordel. Ze zijn vals en achterbaks. Waar jongens er een keer op los slaan en vervolgens weer vrede sluiten, verloopt pesten bij meisjes een stuk ingewikkelder. Ze sluiten meisjes buiten, negeren ze en roddelen over ze. Het maken van een sekslijst is niets nieuws, maar het feit dat deze op internet staan wel. Ze verspreiden zich hierdoor binnen mum van tijd door de hele school/het hele dorp. Ook staan kinderen er niet bij stil dat deze lijsten over tien jaar nog steeds op het internet rondzwerven. Hierdoor hebben ze veel meer impact dan de ouderwetse lijsten.

Er worden steeds meer methodes ontwikkelt om vooral het pesten onder meiden tegen te gaan. De methode Meidenvenijn is niet fijn! is in het jaar 2008 geïntroduceerd en wordt inmiddels gebruikt op zo’n tweehonderd scholen. Het heeft zich ontwikkeld tot een uitgebreide lesmethode voor het basis- en voortgezet onderwijs. Meidenvenijn bevat ook een onderdeel dat specifiek gaat over cyberpesten.

Door: Suzan Nuijen

Allochtone ouders en de digitale generatiekloof


Allochtone ouders geven aan vaak geen idee te hebben van wat hun kinderen uitspoken op internet. Ze vragen zich af welke regels ze kunnen stellen en hoe ze kunnen volgen wat hun kinderen doen en bekijken op internet. Ook maken ze zich zorgen over de gevolgen van internet en vooral social media (overigens is dit ook het geval bij autochtone ouders) voor hun privacy en sociale relaties. Dit blijkt uit de tussenevaluatie na een groot aantal gesprekken die Mira Media en Pharos voerden met allochtone ouders over het internetgebruik en –gedrag van hun kinderen. Het bijbehorende project heeft als doel de digitale generatiekloof tussen allochtone kinderen en hun ouders te verkleinen.

De huidige jeugd is hun ouders al ver voorbij gestreefd in de kennis over computers en andere digitale poespas. Ouders van Nederlandse komaf houden hun kinderen nog enigszins bij, maar allochtone ouders blijven ver achter. Daarom is de stichting Mira Media een onderzoek gestart om te achterhalen hoe groot de achterstand van ouders van allochtone afkomst is en hoe zij bereikt kunnen worden.

Inmiddels zijn keukentafelgesprekken gevoerd met 73 ouders, voornamelijk moeders. Van deze groep is een derde hoogopgeleid, een derde middelbaar opgeleid en een derde laagopgeleid. De gespreksleiders spraken zoveel mogelijk de taal van de geïnterviewde ouders. Uit deze gesprekken bleek dat bijna alle ouders beschikken over een computer thuis en ze bezitten allemaal een mobiele telefoon. Ook maakt een groot deel regelmatig gebruik van het internet. Dit gebeurt onder andere om in contact te blijven met en op de hoogte te blijven van het land van herkomst.

Marlon Vigelandzoon, project- en IT-manager bij Digital Education Foundation in Rotterdam gaf een toelichting op de trainingen die hij aan allochtone ouders over mediaopvoeding. Hij geeft aan dat de behoeftes van allochtone en autochtone ouders erg dicht bij elkaar liggen. “Een wezenlijk verschil is wel de aanpak van bereiken. Wij zijn in Nederland gewend om alles schriftelijk te doen, via brieven. Een goede manier om in contact te komen met allochtone ouders is via sleutelfiguren uit de gemeenschap.” Hier ligt dus nog een sterk ontwikkelingspunt voor de toekomst.

De groep heeft inmiddels een LinkedIn-account opgericht waar mediacoaches hun kennis kunnen delen.

Door: Suzan Nuijen

Twitteren in de klas


Twitteren is een booming sociaal medium. In maximaal 140 tekens kan je je bericht delen met de wereld. Enkele van de grootste, meest opzienbarende gebeurtenissen van de laatste jaren werden als eerste de wereld in geholpen door Twitter. Zo bleven wij vorig jaar ook op de hoogte van de opstanden in Egypte met informatie van binnenuit. Leerlingen met een basisschoolleeftijd hebben over het algemeen nog geen wereldschokkende nieuwtjes die ze bekend kunnen maken met de wereld. Wel kan Twitter tijdens de les ingezet worden voor andere doeleinden.
Kinderen vinden school vaak maar ouderwets en saai. School is vaak ook ouderwets. Alles gebeurt nog op pen en papier. Slechts af en toe krijgen de leerlingen tijd om opdrachten op de computer te maken. Daarom is dit de kans om te laten zien dat school ook hip kan zijn.

Op de site Mijn Kind Online staat een stoomcursus Twitter voor de leerlingen. http://mijnkindonline.nl/1652/twitter-voor-kinderen.htm

Tessa van Zadelhoff geeft op haar blog enkele tips over manieren om Twitter te gebruiken in de klas.
·      Twitterverhaal/gedicht – Leerlingen krijgen een opdracht om rondom een bepaald thema een verhaal of gedicht van precies 140 tekens te maken. U kunt ook gezamenlijk een Twitterverhaal maken: iedere leerlingen voert om de beurt een tekst in van 140 tekens en de volgende leerling sluit aan op het verhaal van zijn voorganger.
·      Wie maakt het langste woord? – Via Twitter geef je een onzinwoord, bijvoorbeeld 'bikplewrtgasena'. Welke leerling twittert het langste (bestaande) woord gevormd met deze letters?
·      Woordenschat – Twitter een moeilijk woord. Welke leerling twittert het eerst de juiste betekenis?
·      Spelling – Twitter een zin met een aantal spelfouten er in. Wie twittert het eerst de gecorrigeerde zin terug?
·      Rekenen – Twitter een rekensom. Wie rekent hem het eerst uit?
·      Geschiedenis – Schrijf een tweet namens een historisch persoon. Wat zou Minister van Houten getwitterd hebben in 1874 toen zijn kinderwetje werd vastgesteld?

Het Twitteren voegt niet zozeer iets toe aan de kennis van kinderen, maar het leert ze om te gaan met internet en social media. Ook maakt het de lessen interessanter voor hen omdat er erg veel sprake is van interactie. De kinderen worden getriggerd om zo snel mogelijk een antwoord in te sturen. Het antwoord van de persoon die het snelste is, staat bovenaan de pagina.
Nadelen die kleven aan het idee om te gaan twitteren in de klas is dat er of evenveel computers als kinderen in de klas moeten staan, of elk kind moet beschikken over een smartphone. Dit is bij de meeste basisscholen en meeste leerlingen niet het geval. Ook moet er op gelet worden dat de kinderen geen misbruik maken van het feit dat ze met een computer/laptop/smartphone mogen werken. 


Door: Suzan Nuijen

maandag 28 mei 2012

Anne Frankschool mediawijs?


De Anne Frankschool (Transwijk) is niet erg mediawijs. Slechts twee klassen beschikken over een smartboard, de rest over een krijtbord en een beamer. Via de beamer kijken de kinderen elke dag het jeugdjournaal. Dit is het enige dat met media wordt gedaan op de school (behalve uiteraard in de klassen met het smartboard). Tijdens mijn stageperiode heb ik zoveel mogelijk gebruikgemaakt van de mogelijkheden die er zijn. Ik heb verschillende lessen geïllustreerd met een filmpje of met foto’s op een powerpoint. Ik heb in ieder geval geprobeerd om de kinderen zoveel mogelijk dingen met beeld aan te bieden. Mijn ervaring is dat dit de kinderen erg aansprak.


Om de kinderen mediawijzer te maken, moeten allereerst de docenten weten welke mogelijkheden het internet heeft. Een groot deel weet dit enigszins, sommigen echter nog helemaal niet. Een advies is daarom om de docenten mediawijzer te maken. Als alle klassen straks voorzien zijn van een smartboard en een aantal computers kunnen ze dit veel beter overbrengen op de kinderen. Het jeugdjournaal dat ik met de kinderen heb gemaakt, viel helemaal in de smaak. Een tip voor mijn stagebegeleider is om vaker dit soort opdrachten te doen met de leerlingen. 


Door: Suzan Nuijen

zondag 13 mei 2012

Jeugdjournaaldag in Beeld en Geluid

Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid heeft allerlei educatieve programma's voor het primair en secundair onderwijs. De afgelopen maanden heeft Beeld en Geluid samen met de NOS de Jeugdjournaal Presentatiewedstrijd georganiseerd. Op 10 mei zijn de twintig klassen bekend gemaakt die op 31 mei met zijn allen naar Beeld en Geluid mogen komen. Een dag later, op 1 juni, wordt de winnaar van de presentatiewedstrijd bekend gemaakt. Dit jongetje/meisje mag voor een keer het jeugdjournaal presenteren!

Bekijk de inzendingen van dit jaar op YouTube

http://www.beeldengeluid.nl/Jeugdjournaalpresentatiewedstrijd

Door: Suzan Nuijen